Op weg met Minerva
In 1904 begon motorfietsenfabrikant Sylvain de Jong in Berchem met de productie van automobielen. Zelfs Henry Ford had er een.
Sint-Martens-Latem is een schilderachtig dorp. Het ligt aan de zacht kronkelende Leie, op dertien kilometer van Gent.
Aan het einde van de negentiende eeuw bouwden heel wat rijke Gentenaars hier een villa. Drukbezette stedelingen genoten hier tijdens het weekend en in vakanties van de rust tussen het groen.
Voor de komst van de villabewoners ontdekten enkele Gentse schilders dit boerendorpje. Hier schilderden ze het platteland onder een stralende zon. Hier ontwikkelde zich een bijzondere variant van het Franse impressionisme, het zogenaamde luminisme. In talloze kleine verftoetsen vatten ze de zomerse stemming. In het zonlicht begonnen de vormen als het ware te tintelen.
Ze wilden weg van de stedelijke drukte en waren op zoek naar een eenvoudig leven tussen de lokale bevolking.
Enkele Gentse kunstenaars besloten om zich in Sint-Martens-Latem te vestigen. Ze wilden weg van de stedelijke drukte en waren op zoek naar een eenvoudig leven tussen de lokale bevolking. Rond de dichter Karel Van de Woestijne en zijn schilderende broer Gustave ontstond een kleine gemeenschap van kunstenaars. Samen met beeldhouwer George Minne beleefden ze de natuur en de wereld op mystieke wijze. Ze zochten een diepe kracht achter de alledaagse werkelijkheid.
het Gemeentelijk Museum Gevaert-Minne in Sint-Martens-Latem toont werk van de Latemse school.
Vanaf 1905 belandde hier een nieuwe generatie schilders.
Vanaf 1905 belandde hier een nieuwe generatie schilders met Gustaaf De Smet, Frits Van den Berghe en Constant Permeke als voortrekkers. Tot in de jaren 1970 zinderde het dorp van de artistieke bedrijvigheid. Nu is Sint-Martens-Latem vooral bekend als een residentiële gemeente met riante villa's in het groen.
In Sint-Martens-Latem kan je terecht in het Gemeentelijk Museum Gust De Smet, de laatste atelierwoning van de kunstenaar.
Ga de Latemse schilders bewonderen in het Museum voor Schone Kunsten in Gent.
Ook in de buurgemeente Deurle woonde rond 1900 creatief talent. De bekende auteur Cyriel Buysse vestigde zich hier. In 1922 liet hij de vernietigde molen op de Molenberg in een kleinere versie heropbouwen. Vlakbij bouwde hij een paalwoning waar hij zich terugtrok om te schrijven. In zijn roman Zomerleven verheerlijkte hij het rustige leven in Deurle.