Iedereen een klavecimbel in huis
In de 16e eeuw haalden burgers muziek in huis, zoals de klavecimbels en virginalen van Hans Ruckers, de Stradivarius van de klavierinstrumenten.
Petrus Alamire (circa 1470-1536) heette eigenlijk Petrus Imhoff. A-la-mi-re was zijn muzikaal pseudoniem. Dat was in zijn tijd de benaming voor de muzieknoot A (of la). Petrus was van Duitse afkomst, maar maakte vooral faam in de Habsburgse Nederlanden als ‘escripvain de libres de musicke’ – muziekkopiist en -uitgever. Zijn klanten waren niet min: Margaretha van Oostenrijk bijvoorbeeld, de landvoogdes van de Nederlanden.
Museum Hof van Busleyden in Mechelen bewaart het Mechels Koorboek uit het atelier van Petrus Alamire.
In de 15de en 16de eeuw waren de Lage Landen het culturele mekka van Europa. Onder de Bourgondiërs en Habsburgers beleefde de regio een periode van politieke en economische stabiliteit. Het artistieke leven, inclusief de muziek, bloeide in de grote steden, onder andere dankzij het mecenaat van heersers zoals Margaretha.
Sommige muzikanten en componisten verwierven internationale faam en traden op aan hoven over het hele continent.
Vooral de polyfonisten gooiden hoge ogen. Josquin des Prez, Adriaan Willaert of Pierre de la Rue waren echte beroemdheden.
Polyfone of meerstemmige muziek verving steeds meer de eeuwenoude gregoriaanse gezangen. Bij eenstemmige muziek, zoals de gregoriaanse kerkmuziek, zong iedereen dezelfde melodie. Polyfonie betekent dat de componist meerdere melodieën combineert, die toch op elkaar afgestemd zijn. Ze ontstond rond 1200 in Frankrijk.
Instrumentenbouwers en muziekuitgevers speelden een grote rol bij de verspreiding van de muziek.
Petrus Alamire werkte vooral vanuit Mechelen, dat in de vroege 16de eeuw de feitelijke hoofdplaats van de Nederlanden was. Hij kopieerde en verkocht luxueuze muziekhandschriften, versierd met miniaturen. Je vindt ze vandaag in musea in heel Europa. De burgeroorlog in de Nederlanden aan het einde van de 16de eeuw maakte een einde aan de uitzonderlijke bloei van het muzikale leven.
De Alamire Foundation maakte een inventaris van antifonaria (koorboeken) bewaard in Vlaanderen.
Ontdek meer over middeleeuwse handschriften en kopiisten in het Brusselse museum van de Koninklijke Bibliotheek.