
De Auschwitztatoeage van Regine Beer
Regine Beer, een van de weinigen die terugkeerden van Auschwitz behield haar blauwe tatoeage met het nummer A 5148 als herinnering en als bewijs van de ondenkbare gruwel van de jodenvervolging.
Niet elke tatoeage bestaat uit inkt. Verschillende bevolkingsgroepen in Congo gebruikten bijzondere lichaamsversieringen: scarificatie. Door het creëren van littekens ontstonden decoratieve vormen op de huid, vaak in complexe geometrische patronen. Ten tijde van de Onafhankelijke Congostaat en later Belgisch-Congo werd de praktijk door koloniale wetenschappers uitvoerig bestudeerd, nagetekend en gefotografeerd. De wetenschappers en etnologen noemden de Congolese scarificaties tatouage – hoewel er dus geen inkt aan te pas kwam.
Via tijdschriften, foto’s en (wereld)tentoonstellingen maakte het laat-19de-eeuwse België kennis met de Congolese tatouage. Kunstvernieuwers zoals architect en ontwerper Henry Van de Velde raakten erdoor geïnspireerd en gebruikten de patronen in hun eigen werk. Zo is de Belgische art nouveau rechtstreeks schatplichtig aan traditionele vormen van lichaamsversiering uit Congo.
‘Tattoo’ is eigenlijk een Polynesisch woord. Brits zeevaarder James Cook ontmoette eind 18de eeuw in Polynesië uitvoerig getatoeëerde eilandbewoners.
Via verslagen over die reis raakte het woord ook in Europa in gebruik. Westerlingen raakten gefascineerd door de ‘exotische’ lichaamsversieringen bij de volkeren die ze veroverden. In 1871 schreef de bioloog Charles Darwin dat er geen land ter wereld bestaat waar de bevolking zich niet tatoeëert.
Archeologische vondsten van getatoeëerde mummies en beschilderde mensvormige beeldjes toonden aan dat de tatoeage waarschijnlijk zo oud is als de mens zelf. Al eeuwenlang modelleren mensen hun lichaam ook op andere manieren, zoals met schedelvervorming, opzettelijke littekens, piercings of plastische chirurgie. Dat doen ze om esthetische, religieuze of symbolische redenen.
Voor sommigen is dit soort lichaamsversiering een kunstvorm op zich. Ze sijpelde ook door naar andere kunstvormen, zoals in het geval van de art nouveau. Sommige kunstenaars gebruiken de praktijk dan weer rechtstreeks in hun werk, zoals Wim Delvoye, die zowel mensen als varkens tatoeëerde.