
Flirten in de Sint-Martinuskerk
Een prachtig barokschilderij in een eenvoudige kerk, dat vind je niet overal. Anthony van Dyck was maar twintig jaar oud toen hij in Zaventem belandde.
In Geel is Sint-Dimpna overal aanwezig. In de kerk, in het Gasthuismuseum, in de namen van ziekenhuizen en scholen, en bij de bewoners die hun huizen openstellen voor de thuisverpleging van mentaal kwetsbare mensen.
Dimpna trok naar Antwerpen en vluchtte vervolgens de Kempen in.
Dimpna was een Ierse prinses uit de zevende eeuw. Ze was de dochter van een christelijke moeder en een heidense vader. Toen haar moeder overleed, werd haar vader gek. Hij wilde met Dimpna trouwen. Het meisje vluchtte daarom het land uit. Ze trok naar Antwerpen en vluchtte vervolgens de Kempen in. Dimpna vestigde zich bij een kleine bidplaats die aan Sint-Martinus gewijd was. Daar vond haar vader haar na enkele jaren terug. Hij vroeg haar opnieuw ten huwelijk. Toen Dimpna weigerde, hakte hij haar hoofd af.
Verschillende gezinnen in Geel nemen een patiënt met mentale problemen in huis.
Na haar dood merkten de Kempenaars iets vreemd. Geesteszieken die bij haar graf baden, werden beter. Daarom werd Dimpna al snel als een heilige vereerd. De kerk met haar relieken groeide uit tot een bedevaartsoord voor mensen met mentale problemen. Daaruit ontstond een unieke traditie. Niet alleen is er een psychiatrisch zorgcentrum, ook nemen verschillende gezinnen in Geel een patiënt met mentale problemen in huis. Dat eeuwenoude systeem van thuisverpleging haalde in 2023 zelfs de voorpagina van de New York Times.
Vijf Vlaamse topstukken
In de Sint-Dimpnakerk vind je vijf Vlaamse topstukken. Het hoogtepunt is het retabel op het altaar. Dat gebeeldhouwd stripverhaal toont het leven van Dimpna. Vlakbij, in het Gasthuismuseum, zie je hoe de Augustinessen eeuwenlang zieken opvingen en verpleegden. De zusters ontwikkelden hun eigen medicijnen, bijvoorbeeld tegen de pest, en ze bewaarden het zilveren reliekschrijn van Dimpna.